Pestprotocol

Officieel betekent judo 'de zachte weg', het is een sport die voor iedereen te beoefenen is. Dat wil niet zeggen dat we niet fanatiek kunnen zijn, maar we gaan altijd respectvol met elkaar om. Judovereniging Jigoro Kano Sevenum wil gewenst, respectvol gedrag stimuleren, pestgedrag willen we binnen de club proberen te voorkomen. Gewenst gedrag en hoe om te gaan met pestgedrag is uitgewerkt in dit protocol.

 

1. Gewenst gedrag bevorderen

Het is erg belangrijk dat judoka’s zich veilig voelen in hun sportomgeving. Hier hoort bij dat zij zich niet gepest mogen voelen. Om het risico daarop zo klein mogelijk te maken hebben we een aantal gedragsregels opgesteld. Een aantal dingen zijn in onze club niet toegestaan. Hieronder vallen:

  • Het beoordelen op uiterlijk, afkomst en geslacht of andere persoonskenmerken of het maken van kwetsende opmerkingen daarover.
  • Ongewenst aan spullen van een ander komen.
  • Een ander bewust hardhandig behandelen en/of fysiek pijn doen bij het oefenen.
  • Elkaar met een bijnaam aanspreken die door de bedoelde persoon niet als positief wordt ervaren.
  • Vloeken of schelden
  • Roddelen of uitlachen

Daarnaast verwachten wij van leden de volgende dingen uitdrukkelijk wel:

  • Probeer ruzie altijd samen op te lossen
  • Wanneer dit niet lukt: zoek contact met een trainer, vertrouwenspersoon en/of bestuurslid
  • Luister aandachtig naar elkaar
  • Help elkaar waar nodig
  • Zorg dat nieuwkomers in de groep goed worden ontvangen en opgevangen

Deze gedragsregels worden bij inschrijving kenbaar gemaakt en zijn terug te vinden in onze dojo en op deze pagina. Verder wordt er door de trainers regelmatig aandacht aan besteedt en zien we toe op de naleving ervan tijdens de lessen. Ook aan anderen (o.a. ouders/verzorgers) vragen we om ongewenst gedrag te melden wanneer zij dit tegenkomen of vermoeden.

 

2. Situaties van pestgedrag oplossen

Als er een vermoeden bestaat dat er binnen de club gepest wordt, worden de volgende stappen doorlopen:

  • Wat is er voorgevallen?
  • Er wordt vastgesteld of de gepeste heeft geprobeerd het samen met de pester op te lossen.
  • Als de gepeste er niet uitkomt, grijpt de trainer in. Hij/zij brengt de partijen bij elkaar voor een verhelderingsgesprek en probeert samen met hen de ruzie of pesterijen op te lossen en (nieuwe) afspraken te maken.
  • Er wordt contact gezocht met de ouders van de partijen nadat de kinderen hierover ingelicht zijn. Eventueel wordt een gesprek gevoerd met de hele groep. Hierin kan aan de orde komen wat de oorzaken en de gevolgen zijn voor slachtoffers, daders, meelopers en de zwijgende middengroep. Besproken kan worden of ze zich realiseren welk verdriet zij veroorzaken met hun gedrag en/of houding. Vervolgens kan aan de groep suggesties gevraagd worden hoe de situatie verbeterd kan worden voor de gepeste judoka.
  • Bij herhaaldelijke ruzie/pestgedrag neemt de trainer duidelijk stelling en houdt een bestraffend gesprek met de pester. De fase van bestraffen/sancties treedt dan in werking (zie paragraaf 3. sancties). Ook wordt de naam van de ruziemaker/pester vastgelegd in een verslag. Bij iedere melding omschrijft de trainer ‘de toedracht’. De trainer en de ouders proberen in goed overleg samen te werken aan een voor iedereen bevredigende oplossing. Als het gaat om jonge kinderen, worden de ouders hier actief bij betrokken.

3. Sancties

Mochten pogingen tot verbetering van de situatie door judoka’s, trainer en ouders niet tot een oplossing leiden, dan kan de club overgaan tot het opleggen van sancties. Een besluit hiertoe wordt genomen in onderling overleg tussen trainer en bestuur.


De mogelijke sancties lopen op van licht naar steeds zwaarder en kunnen in die volgorde worden gegeven als een situatie zich over langere tijd niet verbetert. Hieronder zijn de sancties per categorie opgenoemd.


Eerste sancties

  • Één training niet aanwezig zijn.
  • Voor een bepaald aantal trainingen: blijven tot de andere judoka’s naar huis zijn vertrokken.
  • Een schriftelijke opdracht zoals een stelopdracht over de toedracht en zijn/haar rol in het pestprobleem door gesprek: bewustwording voor wat hij/zij met het gepeste kind uithaalt.
  • Afspraken maken met de pester over gedragsveranderingen. De naleving van deze afspraken komen aan het einde van iedere week (voor een periode) in een kort gesprek aan de orde. 

Vervolgsancties

  • De ouders nadrukkelijker bij de oplossing betrekken. De judoclub heeft een dossier bijgehouden van de acties die hebben plaatsgevonden. Dit dossier is uitgangspunt voor het gesprek. In overleg de pester in een ander groep plaatsen.
  • Bij aanhoudend pestgedrag de pester voor een bepaalde periode schorsen.

Laatste sanctie

  • In extreme gevallen kan de pester geroyeerd worden van de club.